Wie houdt van voorlezen, weet wat er kan gebeuren nadat het boekje is dichtgeklapt. Dan weerklinkt de enthousiaste uitroep: ‘Nog een keer!’ Zeker doen, want elke keer dat je hetzelfde verhaaltje voorleest, pikt jouw (klein)kindje nieuwe dingen op.
Herhaling is belangrijk
Herhalen helpt om het verhaaltje steeds beter te begrijpen. Het bevordert ook het herkennen van woorden en klanken. In de prenten worden details ontdekt die jij niet eens gezien had. Bovendien is herhaling een prima training voor het jonge geheugen.
Voorlezen is dus van groot belang voor de ontwikkeling van je hartendiefje. Geef daarom maar gretig toe aan die smeekbede. Je kind zal meestal zelf aangeven dat het een ander boekje mag zijn. Dan kunnen jullie samen op zoek gaan naar een nieuwe favoriet. En wat die nieuwe favorieten betreft, daar willen we graag bij helpen met onderstaande boekentips.
1. Wat zegt de kleine krokodil op de crèche?
Met het gerinkel van de wekker begint voor kleine krokodil een spannende dag. Hij mag voor de eerste keer naar de crèche! Dat is natuurlijk een hele belevenis. We volgen het krokodilletje vanaf het moment dat hij ontwaakt. De aandacht voor geluiden in dit boekje maakt het allemaal heel inleefbaar voor de allerkleinsten. Ook herkenbaar is de angst voor het onbekende, net als het blije weerzien van mama na een dag vol nieuwe indrukken. Zowel in tekst als tekeningen zitten die emoties knap verwerkt.
Eva Montanari, vertaling: J.H. Gever, Gottmer (1,5 j)
2. Camouflage
Zie ik daar een lieveheersbeestje? Oeps neen, het blijkt een biggetje te zijn. En hangt dat aapje aan een boomstam? Toch niet, dat is de slurf van een olifant! Op de dubbele pagina’s van dit kartonboekje met flapjes volgt de ene verrassing na de andere. Als dat effect er na de zoveelste keer voorlezen af is, komt de binnenpret. Weten wat er volgt, is immers minstens zo leuk.
Giuliano Ferri, De Vier Windstreken (1,5 j)
3. Nog even samen spelen
Klein Konijn wil spelen, maar hiervoor heeft hij een vriendje nodig. Welke ukkepuk helpt hem bij het verstoppertje spelen en schommelen? Als Klein Konijn in bad zit wil hij graag nat gespetterd worden. Wie wil dat doen? Kort interactief verhaaltje, helemaal op peutermaat.
Jörg Mühle, vertaling: J.H. Gever, Gottmer (1,5 j)
4. Mijn handen dansen / Mijn mondje is een rondje
Ook korte rijmpjes zijn prima voor de taalverrijking. Als daar ondersteuning van de motorische ontwikkeling wordt aan toegevoegd, dan is dat een extra troef. Dat is wat deze versjesbundel biedt. Het is een heruitgave van twee populaire kartonboekjes. In rijmpjes van vier korte zinnen worden de allerkleinsten geprikkeld om te ontdekken wat ze met hun handen en mondje kunnen doen. Hier alvast een proevertje:
Ik heb een duim
met vier vingers erom.
Ik maak een vuist
èn trommel rom bom bom
Riet Wille & Ingrid Godon (ill.), De Eenhoorn (2+)
5. Tam en wild
Jonge kinderen zijn al snel vertrouwd met tamme dieren. Dat kan omdat er thuis of bij buren een huisdier is. Of omdat ze al een keertje naar de kinderboerderij zijn geweest. Die tamme dieren hebben ook wilde familieleden. In dit stevig kartonboekje ontdekken peuters wat die met elkaar gemeen hebben (en wat juist niet). Enkele voorbeelden: kanarie - zwaluw, hond - wolf, hamster - bever, kat - panter. Bij elke prent staat in een zinnetje amusant verwoord wat er zo typisch is voor dat dier. ‘Varken: levensgenieter met roze huidje die houdt van rollen door de modder’. Boeiend beestenboekje!
Emmanuelle Mardesson & Sarah Loulendo (ill.), vertaling: Lidewij van den Berg, Boycott (3+)
6. Vriend
Olifant en zebra zijn beste vrienden. Dikke vrienden. Ook als zebra suft en sakkert omdat ze het veel te warm vindt. Echt, ze zijn de allerbeste vrienden. Zelfs als olifant beeft en bibbert voor de storm. In goede en kwade tijden zijn ze de beste maatjes. Soms houden ze van verschillende dingen, zoals zebra van dansen en olifant van muziek. Een andere keer houden ze allebei van hetzelfde, zoals op een hoge tak zitten. Ze kunnen zelfs goed ruziemaken, maar dat duurt nooit lang. Dat mag ook niet, want het zijn immers beste vrienden.
Prachtig verhaal over hoe waardevol vriendschap is. De schrijver is zuinig met woorden. Die lijken echter zorgvuldig gewikt en gewogen en leveren rake zinnen op, met hier en daar een leuke woordspeling (‘zoolang ze elkaar kennen’, ‘een pootje toesteken’ …). De vele knappe en supergrappige illustraties overtuigen en passen perfect bij de tekst.
Stefan Boonen & Jan Van Lierde (ill.), Pelckmans (4+)
7. Waar dient het voor?
In dit kleurrijke prentenboek worden kleuters op een plezante manier bestookt met de altijd terugkerende vraag: waar dient het voor? Dat kunnen dingen zijn waarvan we weten waar ze voor dienen: een schaar, een lamp ... Soms kan je uit de naam afleiden waarvoor dingen dienen: nagelknipper, kurkentrekker … Het kan ook gebeuren dat dingen voor meerdere dingen dienen, zoals een smartphone, bijvoorbeeld. Of dingen worden voor iets anders gebruikt dan waar ze voor dienen … En zouden er dingen zijn die nergens voor dienen?
Tjonge jonge, dit boek kan vragen stellen! Hoe weetgierig kan je zijn? Je kleuter zal er met een grote glimlach in meegaan, dat zal geen enkele moeite kosten. Het boek is slim en kent het ideale recept om daarin te slagen: nieuwsgierigheid prikkelen en zorgen dat je daar vrolijk van wordt. Pret verzekerd! Maar wees gewaarschuwd dat er, na het voorlezen, nieuwe vragen zullen volgen. Daar valt niet aan te ontsnappen.
José Maria Vieira Mendes & Madalena Matoso (ill.), vertaling: Annelies Beck, Tiptoe Print (5+)
