Omdat de weerstand van kleine kinderen nog moet opgebouwd worden, zijn ze over het algemeen vaker ziek dan volwassenen. Dat je kindje een kinderziekte krijgt, kan je als ouder dus vaak niet vermijden. Welke kinderziekten zijn er en hoe herken je ze?
Minder kinderziekten dan vroeger
Kinderziekten worden veroorzaakt door virussen of bacteriën. Veel van die beestjes zijn gewoon aanwezig in de lucht of worden overgedragen door besmette personen. Dankzij het vaccineren komen heel wat kinderziekten (denk aan: kinkhoest, mazelen, bof, rodehond) nu gelukkig een pak minder voor. De kinderziekten die wél nog regelmatig opduiken, zetten we hier op een rijtje.
Wind-of waterpokken
Wat zie je?
Eerst zijn er kleine, rozerode vlekjes die lijken op muggenbeten. Ze verschijnen meestal eerst op de romp, de hoofdhuid en achter de oren. Na enkele uren veranderen de vlekjes in kleine, vochthoudende blaasjes (roze waterdruppels) die uiteindelijk uitdrogen en korstjes vormen. Je kind heeft (hoge) koorts, is snotterig en hangerig.
Wat kun je doen?
De blaasjes jeuken enorm. Jouw voornaamste taak: voorkomen dat je kind krabt. Hou vingernageltjes kort en haal een jeukstillend product in huis. Ook in de mond kunnen blaasjes ontstaan. Koud drinken kan die pijn wat verzachten.
Opgelet!
- Het virus is erg besmettelijk (vanaf twee dagen vóór de eerste vlekjes totdat de blaasjes zijn opgedroogd) en vormt een risico voor zwangere vrouwen die nooit windpokken hebben gehad of niet zijn gevaccineerd. Wie de ziekte heeft gehad, is in principe levenslang immuun.
- Heeft je kindje koorts? Geef géén ibuprofen (Nurofen), maar alleen paracetamol.
- Doe je kindje niet in bad, maar spoel hem of haar zachtjes af met lauwwarm water en dep daarna voorzichtig droog. Vermijd zeep.
Rotavirus
Wat zie je?
De kinderziekte duikt vooral op tijdens de wintermaanden. Je kindje heeft koorts, moet braken en heeft last van waterige diarree.
Wat kun je doen?
Als je kindje erg veel moet braken en/of ernstige diarree heeft, bestaat het risico dat hij of zij te veel vocht verliest en uitdroogt. Laat je kleintje dus vooral veel drinken en check regelmatig de alarmsignalen die wijzen op uitdroging (droge lippen, diepliggende ogen, minder plassen). Er is een vaccin tegen het virus beschikbaar.
Opgelet!
Het virus is zéér besmettelijk en wordt zelfs al overgedragen door minuscule deeltjes van het virus op speelgoed, meubels en handen. Iedereen in huis wast z’n handen dus grondig en regelmatig.
Vijfde ziekte
Wat zie je?
Eerst krijgt je kindje vuurrode, warm aanvoelende wangen met grillige, rozerode vlekjes. De zone rond de mond en neus blijft vrij, waardoor de uitslag lijkt op de vleugels van een rode vlinder. Later breidt de uitslag zich uit naar de romp, billen, armen en benen. Daar doet de huiduitslag denken aan een kant- of bloemetjespatroon.
Wat kun je doen?
Vooral geduld hebben, want er bestaan geen medicijnen om de duur van de ziekte in te korten. Haal eventueel een jeukstillend product in huis om de jeuk van de uitslag wat draaglijker te maken.
Opgelet!
- De uitslag zelf verdwijnt na een week, maar kan weer opflakkeren in de weken erna door blootstelling aan warmte, koude, stress, zonlicht en inspanning.
- Bij zwangere vrouwen kan de ziekte in zeldzame gevallen leiden tot een miskraam.
Zesde ziekte (Driedagenkoorts of Roseola)
Wat zie je?
Je kind krijgt plots hoge koorts (tot 40°C). Na drie tot vijf dagen daalt de koorts. Vreemd genoeg ziet je kind er helemaal niet zo ziek uit en zijn er voor de rest weinig symptomen. Nadat de koorts gedaald is, verschijnen kleine, rozerode vlekjes. Eerst achter de oren, op de romp en in de nek. Binnen de dag breiden deze niet-jeukende plekjes zich uit naar het gezicht, de armen en de benen.
Wat kun je doen?
Laat je kindje zoveel mogelijk rusten en drinken. Geef enkel een koortswerend middel als je zoon of dochter zich erg ziek voelt of slecht drinkt.
Opgelet!
Door de plotse, hoge koorts kan je kind koortsstuipen krijgen.
Hand-voet-mond-ziekte
Wat zie je?
Eerst verschijnen er blaasjes in de mond. Na een tweetal dagen zitten deze ook op de handpalmen en voetzolen, tussen vingers en tenen. Sommige kinderen krijgen ook nog blaasjes op de billen, ellebogen en knieën. Soms zie je ook dat kinderen misselijk zijn of koorts krijgen.
Wat kun je doen?
De uitslag verdwijnt spontaan na acht tot tien dagen. De blaasjes zijn pijnlijk, dus hou er rekening mee dat er een paar slapeloze nachten voor de deur staan. Geef je kind wat te drinken als hij of zij ’s nachts wakker wordt, dat verzacht de pijn. Blaasjes in de mond? Die kunnen de eetlust grondig verpesten. Vermijd daarom harde voeding en sterke smaken. Koud drinken werkt verzachtend.
RSV (Respiratoir Syncytieel Virus)
Wat zie je?
Bij kinderen ouder dan twee geeft RSV een gewone verkoudheid. Maar hoe jonger het kind, hoe groter het risico op een ernstig ziektebeeld. De infectie begint met neusloop, wat gehoest en soms ook koorts. Een RSV-infectie gaat meestal over na 3 tot 7 dagen. Maar de infectie kan ook verergeren, waarbij zelfs een ziekenhuisopname nodig is. Wees alert voor volgende symptomen: een moeilijke, snelle of piepende ademhaling, onrustig en snel geïrriteerd zijn en weinig eetlust.
Wat kun je doen?
De aanpak van RSV is afhankelijk van de ernst van de infectie. Sommige baby’s zijn gebaat met puffers of aerosols. Bij anderen is een ziekenhuisopname nodig omdat ze vocht, voeding of zuurstof moeten toegediend krijgen. Na een vijftal dagen treedt spontaan verbetering op. Het hoesten (met slijmen) kan wel twee tot drie weken blijven hangen.
Opgelet!
Het virus blijft ook buiten de mens lang leven. Daarom is het belangrijk om met het hele gezin de handen goed te wassen en alle spullen (zoals bestek en speelgoed) zo goed mogelijk te ontsmetten.
Naar de dokter?
Vermoed je dat je kindje één van deze kinderziekten heeft, raadpleeg dan altijd je (kinder)arts. Een juiste diagnose is nu eenmaal belangrijk. Niet alleen om de correcte behandeling op te starten, maar ook omdat sommige infecties een risico vormen voor jonge baby’s of zwangere vrouwen in jullie omgeving.
Naar de opvang?
Zieke kindjes horen niet thuis in de kinderopvang. Maar wanneer is je kind te ziek voor de opvang en wanneer kan hij of zij er wél terecht? De meest recente richtlijnen lees je op kindengezin.be.
