Nadine: ‘Druk in mijn hoofd’
Nadine Dewulf uit Drongen is 61. Twee tot drie keer per week bezoekt ze een oom in het woonzorgcentrum. ‘Nonkel bleef zijn hele leven in het ouderlijke huis wonen bij zijn moeder, mijn oma. Ik was veel bij mijn oma en bleef hem na haar dood bezoeken en boodschappen doen’, vertelt Nadine.
Nadine werkt vier voormiddagen per week als zorgleerkracht. Op donderdag haalt zij de vier kleinkinderen van school en kookt voor hen.
‘Het is onze keuze. We vinden het belangrijk dat de nichtjes en neefjes zo een band kunnen opbouwen en we hebben hen ook zelf graag bij ons’, zegt ze. ‘Als ze puberen komen ze misschien niet zo graag meer, we willen er nu van genieten.’
Ook als er geen school is, bij ziekte of als de ouders weg moeten, springen Nadine en haar man bij. ‘Ik doe dat met plezier. Met ouder worden merk ik wel dat het druk wordt in mijn hoofd om alles bij te houden en te regelen. Koken, poetsen, boodschappen… dienen immers ook nog te gebeuren.
En als de kleinkinderen gehaald moeten worden, mag ik de klok niet uit het oog verliezen. Belt mijn dochter terwijl ik in de winkel sta om te vragen of ik de week erop een avondje kan inspringen omdat ze klassenraad heeft, dan moet ik het meteen opschrijven of ik zou het vergeten.
Over twee maanden ga ik met pensioen. Het is met een dubbel gevoel. Ik doe mijn werk graag. Maar ik moet er daar ook met mijn gedachten bij zijn. ’t Zal toch wel rustiger worden.
Ik wil ook nog wat ontspanning en niet altijd beschikbaar zijn voor de (klein)kinderen. Gelukkig houden mijn kinderen daar rekening mee, want ik zou moeilijk neen kunnen zeggen. Hun schoonouders leven ook nog, het is gedeelde opvang. Dat scheelt.’
Lea: ‘Ik heb het onderschat’
De ouders van Jean-Pierre Guiette uit Zandhoven kwamen jaren geleden in hun buurt wonen toen er meer zorg nodig was. ‘Ik kook mee voor hen en we doen boodschappen, zoveel vraagt dat niet dacht ik’, vertelt Lea.
Maar haar schoonouders takelden verder af en er was alsmaar meer zorg nodig. ‘Ik heb dat onderschat’, zegt Lea. ‘Op de duur konden ze geen dag meer alleen zijn.’ Toen de broer van Jean-Pierre stierf, viel ook die mentale steun weg.
Intussen breidde de familie uit met drie kleinkinderen. Lea haalt hen in niet-coronatijden regelmatig in Turnhout van school en past op hen tot hun ouders thuiskomen. ‘Jean-Pierre was een schitterende opa die graag tijd met de kleinkinderen doorbracht’, vertelt Lea.
‘We konden nooit eens samen een dagje uit omdat er altijd iemand bij de ouders moest blijven. Mijn man was opvoeder en moest ook op zijn werk er met zijn gedachten bij zijn. Het was zwaar.’
Drie jaar geleden verhuisden de ouders naar een serviceflat. Jean-Pierre en Lea zorgden wel nog voor incontinentiemateriaal, de was, de bankzaken,… Kort na de verhuis overleed de vader van Jean-Pierre.
‘Wij gingen elke avond – met uitzondering van de avond dat de kleinkinderen kwamen – bij moeder doorbrengen’, vertel Lea. ‘De plannen om enkele dagen weg te gaan, werden uitgesteld.’
In het filmpje dat kort na de verhuis naar de serviceflat was opgenomen vertelde Jean-Pierre dat hij nu weer met plezier naar zijn ouders kon gaan. ‘Voorheen zaten we te dicht op elkaars lip’, zei hij daarover. Hij had ook een belangrijke boodschap voor mantelzorgers: ‘bewaak je grenzen’.
Enkele maanden geleden is Jean-Pierre gestorven, hij was 61. ‘Hij heeft nog snel geregeld dat moeder naar een woonzorgcentrum verhuisde’, vertelt Lea. ‘Als hij over twee jaar met pensioen zou gaan, zouden we meer tijd hebben, dachten we. Het heeft jammer genoeg niet mogen zijn.’
Foto: Kristof Ghyselinck

Meer lezen?
Meer artikels, getuigenissen, oefeningen en tips vind je op onze pagina Sandwichgeneratie.
Samen met het Kenniscentrum Gezinswetenschappen van hogeschool Odisee, Cense-Odisee en Loopbaanbegeleidingscentrum Emino- Kompas heeft de Gezinsbond in 2018 een project opgestart om deze sandwichgeneratie beter te ondersteunen. Het project werd gesteund en gefinancierd door het Europees Sociaal Fonds en de Vlaamse Overheid.
