De klassiekers onder de autospelletjes
Deze oeroude klassiekers vallen altijd in de smaak.
1. Ik zie, ik zie wat jij niet ziet
De anderen mogen om de beurt vragen stellen om te raden wat jij (buiten de auto) ziet: ‘Is het geel? Maakt het geluid?’ Je kunt het ook zo spelen dat je de eerste letter geeft: ‘Het begint met een “p”.’ Dit spelletje is perfect om misselijkheid bij kinderen te voorkomen.
Variant: Wie ben ik? In maximaal 20 vragen moeten je medereizigers raden wie je bent: De koning? De kleine zeemeermin? Ariana Grande? Alles kan!
2. Ik ga op reis en ik neem mee
Dit klassieke spel traint meteen het geheugen van je kinderen. Wanneer je aan de beurt bent, herhaal je de hele zin en voeg je een voorwerp toe: ‘Ik ga op reis en neem mee: een zonnebril. Ik ga op reis en neem mee: een zonnebril en mijn hond. Ik ga op reis en neem mee: een zonnebril, mijn hond en een luchtmatras.’ Ga door zolang je kunt!
Taalspelletjes voor in de auto
3. Woordenslang
Maak een zo lang mogelijke woordenketting door woorden uit hetzelfde thema (bijvoorbeeld dieren) te vinden die beginnen met de laatste letter van het vorige woord: giraf – fazant – tijger – rivierkreeft …
4. Taboe
Spreek van tevoren een paar woorden af die de hele autorit taboe zijn. Als je een van die woorden toch zegt, krijg je een strafpunt. Degene met het minst punten aan het einde van de rit is de winnaar en hoeft de hele vakantie niet af te wassen. Probeer vooral onderweg de woorden bij de andere passagiers uit te lokken.
5. Dilemma!
Antwoord om de beurt op vragen als: Eet je liever een sprinkhaan of een slak? Wat zou je meenemen op een onbewoond eiland? Je hond of je gsm?
6. Galgje
Vergeet geen pen en papier mee te nemen om galgje te spelen!
Zijn je kinderen competitief aangelegd? Laat ze dan van tevoren een schatting maken. Wie er het dichtst bij zit, mag de eerste avond kiezen wat jullie eten.
Fun in de auto
Is de moraal wat gezakt? Lijkt er geen einde te komen aan de weg? Of erger: de file? Pump.it.up.
7. Swingpaleis
Speel een liedje op de autoradio en stop het vlak voor het refrein. Degene die het langst verder kan zingen, wint de ronde.
8. Waar is dat feestje?
Zijn de oren genoeg gemarteld? Ga dan voor wat ‘beweging’. Wie kan het beste dansen … alleen met de armen?!
9. Tankstation aerobics
Laat bij elke tussenstop iemand anders een korte turnsessie leiden.
10. Nationaliteiten tellen
Tel om het meest nationaliteiten op basis van de nummerplaten die jullie onderweg zien. Of turf de merken of kleuren van auto’s die je onderweg tegenkomt.
Zijn je kinderen eerder competitief aangelegd? Laat ze dan van tevoren een schatting maken. Wie er het dichtst bij zit, mag de eerste avond kiezen wat jullie eten.
11. Vingertwister
Deze vereist wat voorbereidend knutselwerk, maar je kinderen vinden het vast leuk! Maak een miniatuurversie van Twister en gebruik onderweg je vingers: rechterwijsvinger op rood, linkermiddelvinger op groen.
