Borstvoeding afbouwen is best een grote stap, voor je kindje, maar ook voor jou. Het is een bijzonder hoofdstuk dat afgesloten wordt. Je lichaam verandert, je hormonen schieten (weer) alle kanten op, en ook mentaal vinden sommige mama’s dit een lastige fase. Moet of wil je binnenkort de borstvoeding afbouwen? Neem je tijd, en laat je bij voorkeur begeleiden.
Bouw niet te snel af
Net zoals je misschien samen met een vroedvrouw veel aandacht hebt besteed aan de opstart van de borstvoeding, is het ook belangrijk om bij het afbouwen niet te snel te willen gaan.
Als het kan, geef jezelf en je lichaam dan voldoende tijd. ‘Hou er rekening mee dat je ongeveer een maand nodig hebt om volledig af te bouwen’, tipt Florence Bottecchia, lactatiedeskundige en vroedvrouw bij Het Bolle Buikje.
Handig schema
Wanneer je gedeeltelijk of volledig wil stoppen met borstvoeding, bouw je de borstvoedingen best stap voor stap af. ‘Er is een handig afbouwschema dat de meeste mama’s kunnen volgen’, legt vroedvrouw Florence uit.
‘Hierbij ga je 1 voeding per keer vervangen door een flesje, of vaste voeding als het kindje ouder is dan zes maanden. Pas na 4 tot 5 dagen ga je een volgende voeding vervangen.
Er zijn een paar regeltjes waar je rekening mee moet houden: je begint het afbouwschema nooit met de ochtend- of avondvoeding, en je gaat ook nooit twee opeenvolgende voedingen afbouwen. Ben je aan het kolven, dan is het afbouwschema net hetzelfde.
Borstvoeding afbouwen met voorlaatste voeding
‘Stel: je baby drinkt nog 6 keer aan de borst. Begin dan eens met de voorlaatste voeding van de dag te vervangen.
Na 4 tot 5 dagen – als je melkproductie is aangepast en je lichaam het allemaal wat gewoon is- vervang je opnieuw een voeding, die niet aansluit op de vorige. Dan ga je bijvoorbeeld ook het tweede voedingsmoment in de voormiddag vervangen. En zo blijf je doorgaan.’
Pijnlijke borsten
Tijdens het afbouwen kan je in de tweede of derde week last krijgen van pijnlijke borsten en stuwing. ‘Dat is heel normaal, zeker als je een heel goede productie hebt’, zegt Florence.
‘Wanneer het pijn doet of vervelend aanvoelt, kan het helpen om de grootste druk weg te kolven met de hand of met een kolf. Iets warms tegen je borst leggen of een douche nemen en de borsten goed los masseren, zal ook verlichten.
Zolang je spanning voelt, wacht je beter even tot je weer een extra voeding afbouwt. Gun je lichaam de tijd om aan het stoppen te wennen.’
Er zullen mama’s zijn die na twee weken al geen melk meer produceren, andere blijven maar productie hebben.
~ Florence Bottecchia , lactatiedeskundige en vroedvrouw
Gedeeltelijk stoppen
Wil je gedeeltelijk stoppen omdat je terug aan het werk moet en hoop je nog een ochtend- en avondvoeding te kunnen geven? ‘Weet dan dat je dat niet in de hand hebt’, legt de vroedvrouw uit.
‘Of je de borstvoeding nog een tijdje kan volhouden, is heel persoonlijk. Terug aan het werk gaan, bezorgt sommige mama’s stress. En ook bij mama’s met onregelmatige uren en vroege en late diensten is dit vaak niet evident’, legt Florence uit.
Zo persoonlijk
Een afbouwschema volgen lijkt simpel, maar toch is de snelheid van afbouwen heel persoonsgebonden. ‘Er zullen mama’s zijn die na twee weken al geen melk meer produceren, andere blijven maar productie hebben.
Omdat het bij elke vrouw anders is, raad ik mama’s altijd aan om zich bij het afbouwen goed te laten begeleiden. Twee weken na de opstart van het afbouwschema ga ik op vraag van de mama’s meestal nog eens thuis langs.
Soms verandert het schema ook wat, en zijn de 6 voedingen per dag er plots maar 5 geworden – omdat het kindje nu meer flesvoeding krijgt en dat wat trager verteert. Dat je het schema dan nog eens met je lactatiedeskundige of vroedvrouw kan overlopen, geeft gemoedsrust.
En misschien ook nog goed om te weten. Heb je geen vroedvrouw, of heb je tijdens je kraamperiode nooit eerder hulp of advies gevraagd, dan kan je voor het afbouwen gerust nog een vroedvrouw contacteren. Dat mag zeker!’
