Sarah (34) en Ewoud (34) leerden elkaar kennen tijdens hun studies aan de KU Leuven. Zij studeerde voor burgerlijk ingenieur, hij voor bio-ingenieur. Daarna volgden uitdagende jobs met veel verantwoordelijkheden, die ze vandaag combineren met de zorg voor hun twee kinderen: Lenn (3,5) en Mona (1,5). Hoe slagen zij erin om een balans te vinden met jonge kinderen? ‘Pas op de laatste dag van vorig schooljaar hadden we eindelijk ons ritme gevonden.’
Familietijd
‘Kijk eens mama, kiii-jjjjk!’, roept Lenn enthousiast, terwijl hij tijdens het interview meerdere keren fier komt aandraven met een ingekleurde tekening. We spreken namelijk af op een zondag, en dat betekent familietijd ten huize Sarah en Ewoud. ‘Eerlijk? Tijd voor onszelf hebben wij tegenwoordig zelden’, zegt Sarah. ‘We hadden ons nochtans voorgenomen om dit jaar vaker een babysit te regelen om iets met ons tweetjes te gaan doen.’ ‘Dat is er welgeteld twee keer van gekomen’, pikt Ewoud lachend in. ‘Sarah kan de kinderen moeilijk missen.’
Perfecte timing
Als studenten gingen Sarah en Ewoud nochtans vaak op pad. Ze hadden elk een kamer in hetzelfde kotgebouw, met een gedeelde keuken en leefruimte. ‘Er werden veel activiteiten georganiseerd en wij deden vaak mee’, blikt Ewoud terug. ‘Maar het heeft wel even geduurd voor we een koppel werden, dat is geleidelijk gegroeid, jaar na jaar.’
Toen Sarah en Ewoud elkaar eenmaal gevonden hadden, wisten ze het zeker: ze wilden samen een toekomst opbouwen. Ze solliciteerden, begonnen ongeveer tegelijk te werken en woonden nog een jaar bij hun ouders. Daarna kochten ze samen een appartement. ‘Daar hebben we vijf jaar gewoond. We wilden daarna graag bouwen, maar de bouwgronden die ons bevielen lagen boven ons budget. Gelukkig botsten we op onze huidige nieuwbouwwoning. Net nadat we het huis kochten, brak corona uit. Achteraf gezien goed getimed: het was veel aangenamer om de lockdown hier door te brengen. En omdat we niet op reis konden – iets wat we anders vaak deden – hadden we ook nog eens tijd om alles in huis af te werken. Een maand nadat de laatste kamer was geschilderd, was ik in verwachting.’

Balans met jonge kinderen
Met de komst van Lenn bleek nog maar eens hoeveel geluk het koppel had met hun woning. ‘We wisten het bij aankoop niet, maar er is een crèche in onze straat’, vertelt Sarah. ‘Nu gaat Mona daar naartoe. Lenn zit intussen al op de kleuterschool, 500 meter verderop. Dat alles zo dichtbij is, maakt een enorm verschil tijdens onze ochtend- en avondrush. Bovendien wonen mijn ouders op een paar kilometer van ons, wat niet alleen leuk is, maar ook handig voor de opvang. En Ewouds mama past elke woensdag om de twee weken op Mona, omdat de crèche dan gesloten is.’
‘Wij wonen in Sint-Katelijne-Waver, de thuisbasis van Sarah. Zelf ben ik van Herk-de-Stad, op een uur rijden van hier. Zo gaat dat als je elkaar in Leuven leert kennen’, legt Ewoud uit. ‘Sinds we naar hier verhuisden, zijn we allebei veranderd van job. De centrale ligging tussen Antwerpen en Brussel biedt veel mogelijkheden in de buurt. Ik werk als projectleider engineering bij een geneesmiddelenproducent, Sarah is technology engineer bij een chemisch bedrijf.’
‘Voor we ouders werden, deed ik heel veel overuren, want m’n werk is nooit af’, zegt Sarah. ‘Nu is dat niet meer haalbaar. Met twee kleine kinderen wacht er ’s avonds nog van alles op je.’ Ewoud knikt instemmend: ‘Als Lenn en Mona thuiskomen, zijn ze altijd moe en hongerig. We proberen dan zo snel mogelijk aan het eten te beginnen, maar tot het op tafel staat, is het eigenlijk pure crisis. Na het eten gedragen ze zich ineens zeer flink. Waarschijnlijk weten ze dat bedtijd eraan komt, en hopen ze zo wat langer te mogen spelen.’
In de ochtendrush, die binnenkort weer dagelijkse kost wordt, heeft het koppel inmiddels meer vertrouwen. ‘Mona kreeg vijftien maanden borstvoeding. Daardoor raakten we ’s ochtends zelden op tijd buiten’, vertelt Sarah. ‘Maar intussen ben ik daarmee gestopt, en Lenn kan steeds beter zijn plan trekken. Op de laatste schooldag in juni verliep de ochtend zó vlot dat ik echt geloof: we hebben ons ritme gevonden.’
Van één naar twee kinderen vonden wij behoorlijk pittig.
1+1 = meer dan 2
Hoewel Sarah en Ewoud allebei uit een gezin met drie kinderen komen, kiezen ze er bewust voor om het bij twee kindjes te houden. ‘Twee is genoeg’, zeggen ze lachend. ‘Van één naar twee kinderen gaan, vonden wij behoorlijk pittig’, vertelt Ewoud. ‘Toen Lenn nog borstvoeding kreeg, had ik mijn handen vrij om in huis wat dingen te doen. Maar nu moest Lenn voortdurend geëntertaind worden, terwijl Sarah vastzat met Mona aan de borst.’
‘Lenn had tijd nodig om te wennen aan het idee dat hij er een zusje bij had’, zegt Sarah. ‘Hij was best jaloers en zocht aandacht, bijvoorbeeld door plots weer in zijn broek te plassen. Ook het vaderschapsverlof van Ewoud speelde een rol. Lenn had door dat wij allemaal thuisbleven, terwijl hij naar de crèche moest. Zodra we ’s morgens moesten vertrekken, begon hij te schreeuwen, iets wat hij daarvoor nooit deed. Gelukkig is dat nu helemaal gebeterd. Hij is intussen superlief voor zijn zusje.’
‘Een tweede kindje brengt heel wat hectiek met zich mee, maar tegelijk sta je als ouder sterker in je schoenen’, vindt Ewoud. ‘Je maakt je minder snel zorgen en je beseft tijdens moeilijke periodes: dat is écht een fase, het gaat weer over. Hetzelfde geldt trouwens voor de huidige drukte in ons leven. We hebben nu even geen tijd om te sporten en zien onze vrienden weinig. En zoals we al zeiden: ook voor elkaar is er amper tijd. Behalve ’s avonds, samen in de zetel, als de kindjes in bed liggen en het huis weer opgeruimd is. Maar dat is ook een keuze. We willen gewoon zo veel mogelijk samen met de kinderen doen. Over tien jaar hebben zij daar misschien geen zin meer in.’

Structuur in de chaos
Wat helpt Sarah en Ewoud om deze drukke periode door te komen? ‘Een vaste structuur’, zegt Ewoud zonder aarzelen. ‘Elke ochtend op hetzelfde uur de deur uit, op tijd naar bed, en op vrijdag een menu opstellen voor de komende week. Op zaterdag gaan we dan naar de supermarkt. Heb je daar altijd zin in? Nee. Maar achteraf ben je wel blij dat het geregeld is. Soms is structuur lastig, maar meestal is het gewoon handig om een balans te vinden met jonge kinderen.’
Sarah vult aan: ‘We merken dat Lenn er ook echt deugd van heeft. In de vakantie is er veel minder voorspelbaarheid: kampjes, logeerpartijtjes, wij die af en toe verlof nemen... Alles wisselt voortdurend. Terwijl hij tijdens het schooljaar perfect weet wie hem wanneer ophaalt en wat hem te wachten staat. Die routine geeft ons allemaal rust.’
Tot het eten op tafel staat, is die avondrush pure chaos.
Een weloverwogen keuze van werkgever maakt volgens Sarah ook een groot verschil: ‘In de chemische en farmaceutische sector hebben we elk zo’n veertigtal vakantiedagen. Dat helpt enorm om de schoolvakanties te overbruggen en af en toe op reis te gaan om onze batterijen op te laden.
Daarnaast maken Ewoud en ik allebei gebruik van ouderschapsverlof. We nemen elk om beurt 1/10de ouderschapsverlof. Dat kan in periodes van 10 maanden, met een totaal van 40 maanden. Momenteel is het aan Ewoud: hij is om de twee weken thuis op woensdag, en vangt dan afwisselend met zijn mama Mona op. Zo’n regeling geeft iets meer druk op het werk, want je moet evenveel doen in minder tijd, maar voor ons is dat toch erg handig.’
Gezinsbarometer: zo tevreden zijn ouders over gezin en werk
- Uit de Gezinsbarometer blijkt dat meer thuiswerk, flexibel verlof en soepele werkuren een grote hulp zijn voor gezinnen.
- Sarah en Ewoud zijn tevreden over de gezinsvriendelijkheid van hun werkplek. En zij niet alleen: 78% van de ouders is (heel) tevreden, 18% matig tevreden en slechts 3% (heel) ontevreden over de combinatie gezin en werk. Er zijn echter verschillen: hoe hoger opgeleid, hoe gezinsvriendelijker ouders hun werkplek vinden. Ook alleenstaande ouders en mensen met een niet-Belgische nationaliteit schatten hun werk als minder gezinsvriendelijk in. Dat moet beter. Voor de Gezinsbond hebben álle ouders recht op een gezinsvriendelijke job.
- Ouders geven aan dat ze op 3 van de 4 werkplekken hun ouderschapsverlof vrij kunnen inplannen.
- Borstvoeding combineren met werk en gezin is niet evident. Ook voor Sarah was dat een uitdaging. Goede kolfmogelijkheden op het werk kunnen daarin een verschil maken, maar slechts de helft geeft aan dat die er zijn. De Gezinsbond vraag een langere moederschapsrust voor alle moeders die dat wensen. Dat is de grootste steun voor wie borstvoeding met werk wil combineren.
Foto's: Kristof Ghyselinck
