‘Tegen 2050 willen we dat elk huis en elk appartement even energiezuinig is als een energetisch performante nieuwbouwwoning.’ Zo werd het eind 2014 geformuleerd in het Renovatiepact van de Vlaamse Overheid. Heel wat organisaties, waaronder de Gezinsbond, traden toe tot dat pact. Zo willen we tegen 2050 de woonkwaliteit in Vlaanderen sterk verbeteren, en tegelijk bijdragen aan de klimaatdoelstellingen. Idealiter heeft elke woning tegen 2050 het energielabel A.
Europa legt de lat nog hoger
In de nieuwe richtlijn energieprestatie van gebouwen houdt Europa de doelstelling aan van een label A voor elke woning. Tegelijk verstrengen ze de voorwaarden om het label te halen: een woning moet niet alleen goed geïsoleerd zijn, de verwarming moet ook klimaatneutraal zijn tegen 2040. Vlaanderen is al begonnen om het EPB en EPC-certificaat aan te passen.
Eén op de drie woningen niet klaar voor 2050
De uitdaging van het Renovatiepact is enorm en heeft gevolgen voor bijna iedereen die een woning bezit. Sinds 2019 krijgt je woning bij de opmaak van een EnergiePrestatieCertificaat (EPC) een label. Krijgt je woning energielabel A, dan voldoe je in principe aan de doelstelling voor 2050, al zal je misschien je verwarming nog van een update moeten voorzien.
Uit de Gezinsbarometer weten we dat veel gezinnen niet weten hoe hun woning scoort. 50% geeft aan geen EPC-label te hebben, of geen idee te hebben van de waarde ervan. Woningen zijn de laatste jaren energiezuiniger geworden: 16% van de woningen en 42% van de appartementen haalt een label B. Maar dat is niet genoeg. Amper 2% van de woningen en 6% halen het nodige A-label. De kans is dus groot dat ook in jouw woning nog werk aan de winkel is. Al lopen de officiële cijfers ook wat achter. Je bent niet verplicht een nieuw EPC aan te vragen na een renovatie. En 16% van de gezinnen in onze barometer geven aan recent gerenoveerd te hebben, en nu waarschijnlijk een A-label te halen.
Bijna 60 procent van onze woningen is ouder dan 50 jaar, en die staan nog ver van het doel: één op de vier woningen heeft momenteel nog het slechtste label. De bouwsector heeft een mooie toekomst voor de boeg…
We moeten meer renoveren
De komende jaren moet het Renovatiepact in een stroomversnelling geraken. Jaarlijks renoveren we slechts één procent van de Vlaamse woningen. Momenteel worden er vier renovaties per uur opgeleverd, maar dat moeten er elf per uur worden om de doelstelling tegen 2050 te halen.
Renoveren is duur. Eén op vier gezinnen heeft geen idee hoeveel het kost om hun huis te renoveren zodat het voldoet aan de toekomstige normen. Bijna de helft van wie wel een idee heeft schat dat het (vaak veel) meer dan 60.000 euro zal kosten. Slechts 17% kan dat betalen zonder lening. Gelukkig is er de Vlaamse Mijn Verbouwlening. Maar voor vier op tien gezinnen is die onvoldoende om de financiële onzekerheid weg te nemen. Sommigen pakken alvast een stukje van de woning aan. Bij een stapsgewijze aanpak moet elke woning meerdere malen gerenoveerd worden, en dan stijgt het aantal woningen dat per jaar een ingreep moet doen, nog verder.
Vlaamse normen
Verplichten is een stok achter de deur. Sinds 2020 voerde Vlaanderen isolatienormen in. Is het dak niet geïsoleerd of staat er nog enkel glas in de ramen? Dan wordt de woning als ongeschikt voor bewoning beschouwd. Je mag ze dus niet meer verhuren. En dat komt meer voor dan je denkt: in onze Barometer geeft 25% van de gezinnen met kinderen aan dat ze nog niet overal dakisolatie hebben. En slechts de helft heeft overal hoogrendementsglas. Vanaf 2030 moet een open of halfopen woning minstens een label E halen. Voor rijwoningen en appartementen is dat label D. In 2035 wordt de norm een label strenger: D voor open en halfopen bebouwing. C voor appartementen en rijwoningen.
Na een woningoverdracht (verkoop, schenking of erfenis) ben je nu al verplicht om de woning te renoveren naar minstens label D. De geleidelijke verstrenging van die verplichting is voorlopig stopgezet.
Minimumeisen voor elk gebouwonderdeel
Naast een maximale EPC-score van 100 kWh/m2 om energielabel A te halen, zijn er ook minimumeisen beschikbaar voor elk gebouwonderdeel. Het loont dus de moeite om je woning eens kritisch te bekijken. De kans is groot dat je bijna overal de isolatie zal moeten verbeteren.
Ga je renoveren, dan zorg je ervoor dat elk onderdeel dat je aanpakt, nadien voldoet aan die minimumeisen. En kan je zonder grote meerkosten wat beter doen, dan raden we dat zeker aan. Bij het berekenen van de EPC-score zullen de beter geïsoleerde delen deels compenseren voor de stukken van je woning die minder goed voldoen. Daarom is het ook interessant om er een deskundige bij te halen.
Zeker als je in fases aan de slag wil gaan, moet je op tijd de werken op elkaar afstemmen. Zo kan je het best eerst je ramen controleren en indien nodig aanpakken, voor je aan de muren begint. Het zou immers jammer zijn om je nieuwe muurisolatie te moeten beschadigen als je daarna pas de ramen vervangt.
Aan de slag met dakisolatie
Voor dakisolatie bijvoorbeeld zou je na renovatie een U-waarde lager dan 0,24 W/m²K moeten halen. Dat komt overeen met 14 tot 16 cm minerale wol, of 10 à 11 centimeter polyurethaan(PUR)-platen.
Iets dikker isoleren kost zelden veel meer. Daarom raden we aan om te kijken of 20 à 25 cm minerale wol of een equivalent haalbaar is. Om in aanmerking te komen voor de dakisolatiepremie moet je trouwens ook iets dikker dan de norm isoleren.
Ook hier loont het om vooruit te kijken. De dakisolatie moet aansluiten aan de muurisolatie om koudebruggen te vermijden. Wil je later de muren nog aan de buitenkant isoleren, dan kan je het dak nu al een voldoende grote oversteek geven.
Extra tips
- Wil jij ook het energielabel A halen voor je woning? Laat je grondig informeren door deskundigen.
- Eén op vier gezinnen geeft aan dat het niet duidelijk is aan welke eisen de woning moet voldoen. Bekijk de juiste normen bij het Vlaams Energie en Klimaatagentschap.
- Slechts één op vijf gezinnen kent de Vlaamse Mijn Verbouwlening. De Vlaamse Mijn verbouwpremie is wat beter gekend.
