Wat met borstvoeding als ik terug ga werken? Kan ik blijven borstvoeding geven en hoe doe ik dat dan? Wat zijn mijn rechten en mijn opties? En dat afkolven … hoe begin ik eraan?
Recht op borstvoeding
Ook als je baby een paar maanden is, blijft borstvoeding de meest aangewezen voeding. Laat je dus door niemand aanpraten dat het langzaamaan tijd wordt om te stoppen. Je kunt borstvoeding geven net zolang jij en je kindje dat zelf willen. De eerste maanden verlopen niet altijd even makkelijk en het zou jammer zijn als je het opgeeft net nu het allemaal vlot begint te lopen.
Is alleen melk nog wel voldoende?
Wees gerust, je kunt je kindje zonder problemen uitsluitend borstvoeding blijven geven tot hij zes maanden oud is. Moedermelk verandert immers voortdurend van samenstelling volgens de veranderende behoeften van je baby. Alle voedingstoffen zitten er in en dat in de meest optimale verhouding.
Wat je baby niet krijgt, is vitamine D. Tot 6 jaar nemen kinderen het best dagelijks een vitamine D-supplement.
Beginnen met vaste voeding vóór zes maanden is nog niet nodig.
En mijn job dan?
Ook als je opnieuw gaat werken, kun je – volledig of gedeeltelijk – borstvoeding blijven geven. Al is dat vooral afhankelijk van je werksituatie en van wat je zelf mogelijk ziet.
Informeer je vooraf en bekijk alle mogelijkheden en opties. Weet dat je het recht hebt op borstvoedingspauzes tot je kind 9 maanden is. Kun je deels thuiswerken? Kun je borstvoedingsverlof opnemen? Is er op het werk een ruimte waar je melk kunt afkolven en bewaren?
Meer informatie vind je op de website van Kind en Gezin. Praat ook zeker met de personeelsdienst en je dienstchef over wat mogelijk is.
Wat zegt de wet?
Er bestaan verschillende manieren om borstvoeding met een job te combineren:
- Werk je in de privésector of bij een federaal bestuur? Dan heb je recht op borstvoedingspauzes: je mag je werk even stilleggen terwijl je je kindje borstvoeding geeft of melk afkolft. Het attest dat je hiervoor nodig hebt, krijg je via Kind en Gezin of bij je arts of vroedvrouw.
- Uitzonderlijk kan je recht hebben op betaald borstvoedingsverlof, als je werk een gevaar vormt voor de gezondheid van je baby en je werkgever je geen ander takenpakket kan aanbieden. Sommige werkgevers staan ook onbetaald borstvoedingsverlof toe, maar dit is een gunst en geen recht.
- Ook ouderschapsverlof en tijdskrediet zijn, afhankelijk van je anciënniteit, ook mogelijk, maar dat hoeft niet aan te sluiten. Als het haalbaar is, kun je er ook voor kiezen om deeltijds te gaan werken. Zo kun je nog heel wat voedingen thuis geven.
Mijn zoontje Lars en ik genoten van elke borstvoeding. Toen ik weer aan de slag moest, wilde ik er dan ook absoluut niet mee stoppen. Maar afkolven op het werk zag ik niet zitten. Ik werk in een laboratorium en was bang dat er chemicaliën in de melk zouden terechtkomen. Gelukkig was de oplossing simpel: flesvoeding en borstvoeding combineren. Twee weken voor ik ging werken, heb ik de borstvoeding ‘tijdens de werkuren’ afgebouwd en vervangen door flesjes. Eenmaal terug aan het werk had ik de eerste week wel wat last van stuwing, maar mijn lichaam kreeg al snel door dat het minder melk moest produceren. Als ik Lars heb afgehaald in de crèche, genieten we nu dus nog altijd samen van ons borstvoedingsmoment. Lars heeft er behoefte aan en ik moet bekennen: ik ook.
~ Sofie
Afkolven: praktische tips
Afhankelijk van je mogelijkheden en je werksituatie kan je dus gedeeltelijk of volledig overschakelen van borstvoeding op flesvoeding. Als je borstvoeding wilt blijven geven, betekent dat in de eerste plaats afkolven.
We geven je graag een paar praktische tips:
- Als je begint te werken, is het belangrijk om de melkproductie op peil te houden. De beste manier om dat te doen, is de baby vaker aan te leggen wanneer je wel thuis bent.
- Drink daarom genoeg water en neem voldoende rust. Wat vroeger naar bed en een middagdutje tijdens het weekend kunnen je door die vermoeiende eerste weken heen helpen.
- Las op het werk voldoende kolfmomenten in. Zo zorg je ervoor dat je melkproductie niet inzakt en voorkom je dat je borsten te vol worden.
- Probeer de kolfmomenten op het werk zo fijn mogelijk te maken. De melk zal sneller toeschieten als je relaxed bent, je aan je baby denkt en je het behaaglijk warm hebt. Een foto van je baby (of een hele reeks via je smartphone of tablet), een jasje, een grote sjaal of zelfs een kersenpitkussentje kunnen je daarbij helpen. Drink tijdens het kolven ook iets!
Van borst naar fles
Wil je stoppen met borstvoeding, dan schakel je het best geleidelijk over op kunstvoeding. Een tweetal weken voor je weer aan het werk gaat, kun je je kind aan flesjes laten wennen en/of de borstvoeding beginnen afbouwen.
Voor elke borstvoeding die vervangen moet worden, trek je drie à vier dagen uit. Vervang pas een volgende borstvoeding door een fles als je geen last meer hebt van (pijnlijke) stuwing.
Flesweigeraars
Stoppen met zelf voeden is psychologisch een grote stap voor moeder én kind. Ook je baby kan het dus moeilijk hebben met de afbouw van zijn vertrouwde moedermelk. Hij moet tegelijk wennen aan een andere voeding, een nieuwe smaak, en drinken van een flesje. Dat verloopt niet altijd even vlot. De ene baby drinkt na een paar pogingen vlot van zijn flesje, terwijl de andere koppig blijft weigeren.
Wil het niet lukken? Hoe moeilijk het ook is, probeer zo rustig mogelijk te blijven en dwing hem nooit om te drinken. Lukt het drinken aan een flesje na een week nog niet, leg je oor dan te luisteren bij een lactatiekundige (neem een kijkje op bvl-borstvoeding.be), de vroedvrouw of bij de regioverpleegkundige van Kind en Gezin. Zij kunnen je een aantal suggesties doen om de overgang eenvoudiger te maken.
Medicatie
Het is niet altijd even duidelijk of je bij bepaalde medicatie borstvoeding mag blijven geven. Bijsluiters adviseren vaak om met borstvoeding te stoppen, maar soms kan de dokter een ander en veiliger medicijn voorschrijven.
De voordelen van borstvoeding moeten worden afgewogen tegenover de noodzaak van medicatie en mogelijke alternatieven.
